Thema 57e Hots Knots Rit (2010) “Hots-Knots van telle en spelle”

Punt 1:
De tekening van het eerste telraam was ook meteen die waarna gehandeld moest worden. Er mankeerden wellicht enige bolletjes aan het telraam, maar het bleef een telraam.
Punt 4:
Op de eerste tekening ( hing buiten aan hek van uitlaatveld) was een turf geheel afgebeeld; je weet wel vier rechte streepjes en daardoorheen een diagonaal streepje. De tweede turf was incompleet. Op de erop volgende tekening (hangende achter glas in het huis van Z.K.H. Prins Maarten I) had een eerder genoemde complete turf en een heel dikke turf van een boek. De controle “O” werd hiervoor tweemaal achtereen gepasseerd.
Punt 9:
Aan de Mozartsingel hingen twee tekeningen met daarop sommen. Alhoewel de optelling niet klopte, was en bleef som 1 een som. Als je op school sommen maakte waren er ook weleens foute uitkomsten; bij mij wel tenminste.
Punt 16:
Twee tekeningen met ieder een vertelling sierden de Schubertsingel. De eerste vertelling, was een soort van misrekening, de tweede een heel verhaal. Dus na de eerste tekening kon al rechtsaf worden gegaan. Maar daar zat nog een addertje onder het gras. De eerste mogelijkheid om knots te gaan was niet de Verdistraat, maar een pakeerterreintje, netjes voorzien van verlaagde trottoirbanden, vlak voor deze straat. Hier hadden we een controle aardig gecamoufleerd opgesteld. De enig juiste controle was “H”; helaas werd deze niet al te veel gehaald.
Punt 18:
Fout van de organisatie! Met opzet kozen we een opvallende niets aan het toeval overlatende tekst om het Rivierenplein te gaan berijden. Die aardappelverkoper aldaar heet “Aantjes”en niet “Aantjens” zoals wij schreven. Een aantal deelnemers hebben hier hinder van gehad. We hebben getracht dit te compenseren door de eerste deelnemers een tijdsvergoeding van 15 minuten te geven. Verder hebben we inderhaast een neutrale controle “T” tegen de muur van Aantjes geplakt met een herstelopdracht in de hoop de nog volgende 100 deelnemers daarbij van dienst te zijn. Onze verontschuldigingen hiervoor.
Punt 20:
Een dobbelsteen, ook al zijn wellicht de ogen er correct op aangebracht, blijft, alleen al door de vorm, een dobbelsteen.
Punt 23:
Het afgebeelde bordspel had de tekst “monopoly”, doch het spel heet in het Nederlands gewoon monopolie. Dus meteen na de eerste tekening handelen was juist.
Punt 28:
Tekening 1 in de Rijnstraat bevatte een schaakbord, maar ook een dambordje. Dat is namelijk dat kleine vlindertje op de hals van de man.
Punt 33:
Ook daar gingen we even in de fout. We wilden je na lantaarnpaal 18 rechtsaf laten gaan. We gebruikten, de in de routebeschrijvingswereld niet ongebruikelijke afkorting: LTP, waar we volgens ons eigen reglement “L” hadden moeten gebruiken. We hebben onszelf beloofd en beloven het u ook volgende keer geen van dit soort afkortingen meer op te nemen in de routebeschrijving. Dus geen b.v. VRW-VKL-L-H meer in de rit.
Punt 34:
Even een parkeerterreintje “ronden” en controle Y noteren, dat ging voor de meesten vlekkeloos.
Punt 36:
Betreft die berekening in Romeinse cijfers. Terstond parkeerden de deelnemers hun auto’s om de som op te lossen. Dat “2010” de oplossing was zal menigeen juist hebben gehad. Echter dat achter de huisnummers noch (linksstaand) was vermeld, noch dat er een streep onder de nummers stond, maakte dat je niet anders kon als doorrijden tot de controle “C”, die meldde dat er moest worden doorgegaan met een verder punt van de routebeschrijving.
Punt 43:
Onze tekenaar had ook deze tekening geweldig uitgevoerd, maar een kwartet was er niet uit te halen. Wel vier kwarten, maar de maken samen met de letters “E+T” nog een kwartet. Dus controle “J” was daar juist en controle “V”dus niet.
Punt 47:
Dit punt sloot de opdrachten van deel 1 af. Het beste was helemaal niet te letten op tekeningen van het gevraagde spel. Het woord pim-pam-pet bestaat niet; het juiste woord ervoor wordt geschreven zonder de verbindingspstreepjes: het heet dus pimpampet.
Hierna volgde de rust en ut spelleke in de Lachende Vis.
Punt 54:
De bemande controle direct na de rust reikte aan alle deelnemers een nieuwe routebeschrijving uit. Er waren deelnemers, die handig als altijd, alvast de probleempjes in deel 2 trachtten de onderkennen. Die gedane arbeid was echter voor niets en zo hadden we dat ook bedoeld.
Punt 56:
Een pad is een beestje enigszins gelijkend op een kikvors. Zo’n pad (althans de tekening ervan) hing er; dus niet wachten tot een ander soort pad (brandgang), die wat later kwam en dan pas links gaan.
Punt 60:
De opdracht “na rijbaan” betekende dat er eerst een rijbaan rechts van de route moest zijn geweest voordat de deelnemer hots kon gaan. De rijbaan waarop jezelf reed was nog niet beëindigd; dus “na” was daarop niet van toepassing.
Punt 63:
Op iedere weg daar in Empel mag je alleen fietsen, maar je mag het ook met z’n tweeën of met nog meer mensen fietsen, dat mag eenieder zelf weten. Dus niet wachten tot je een fietspad bent gepasseerd en dan linksaf, nee al eerder kon dat, door het Maïsveld ( zo heet die straat) in te rijden.
Punt 66:
Het reglement zegt in art A.3. dat een doodlopende weg geacht wordt niet aanwezig te zijn.
Dus kun je erna ook niet linksaf slaan. Wat verder doorrijden werd beloond met controle “K”, die je via opdrachten weer op het goede spoor bracht.
Punt 71:
De eerste tekening met medeklinkers verhulde wellicht dat er al voldoende klinkers in de weg en aan het huis zaten.. Mogelijkheid 1 met controle “A” en dus niet controle “Z” was correct.
Punt 75:
Een dorpstraat bestaat niet; het is een dorpsstraat, gewoon een straat in een dorp ( b.v. in Empel) Gewoon doorrijden totdat de organisatie via een controle “X” vertelde hoe je verder moest.
Punt 80:
In de straat “Schrepel” hing als eerste een tekening met een aantal kaarten, die samen geen straat vormden. Dan kwam er een “echte” straat en weer een straat waar de goeie interpreteerders rechts af gingen. Erna kwam nog een tekening met kaarten, die samen een straat vormden ( 4 of 5 opeenvolgende kaarten), daarna kon je ook rechts, maar dan was mooi de juiste weg al achter je.
Punt 84:
Toevallig dat de datum van de 58e Hots Knots rit te schrijven is met uitsluitend priemgetallen.
Punt 91:
Dat het haar van dat meisje met paardenstaart eigenlijk 2 staartjes waren maakt het geheel nog niet tot een staartdeling, dachten wij. Nee, wij dachten aan vroeger op school zo’n lange staartdeling, die vaak niet uitkwam en dan kon je op je kladblaadje weer opnieuw beginnen. Dat was wel uit de tijd van voor de calculator.
Punt 98:
Dit punt is door de opperhofknotser zelf ingebracht en juist uitgebeeld. Hij heeft persoonlijk eerst een fles jonge jenever, van het merk Ketel I, ontdaan van de inhoud. Die fles vervolgens gevuld met water (verschil kun je toch niet zien, wel proeven) en hem achter het raam geplaatst van vriendelijke mensen op de Buitenpepersdreef. Als lokkertje buiten nog een lege doos, waarin 6 flessen Ketel I verpakt waren geweest onder het raam bij die fles gezet. Wij vonden die fles “een jonge met goed cijfer”, want waarom zou een “1” een verkeerd cijfer zijn? Dat verderop onze tekenaar een tekening van een ventje met een keurig rapportcijfer had laten ophangen was alleen maar om die fles jonge jenever te doen vergeten.
Punt 105:
Ter afsluiting hadden we het over “twee tweeen”. Zonder dat er op de laatste e puntjes staan is het geen woord, het is helemaal niks; dus gewoon de hele Ophoviuslaan uitrijden en hopen op een opvangcontrole.